Resultaten

Van 2 maart tot en met 17 april 2009 vond de eerste serie lessen Filosoferen met Kinderen plaats in het Amsterdamse stadsdeel de Baarsjes.

Reactie vaste leerkrachten

De reacties komen van de leerkrachten van groep 7 en/of 8 van de scholen de Corantijn, Rosa Boekdrukker, Joop Westerweel, De Roos, Admiraal de Ruyterschool en de As-Siddieq.

In de evaluatie werden deze effecten van de lessen gemeten:

• Er heeft verdieping opgetreden in het denken over de samenleving.
• De luistervaardigheden zijn verbeterd.
• Kinderen worden gestimuleerd kritisch te denken.
• De lessen dragen bij aan een grotere tolerantie ten opzichte van elkaar.
• De filosofielessen voegen iets toe aan het reguliere schoolprogramma
• Volgend jaar gaat mijn groep weer meedoen met de filosofielessen.

Acht leerkrachten rapporteren de volgende bevindingen:

1. Er heeft verdieping in het denken opgetreden: eens 100%
2. luistervaardigheden zijn verbeterd: eens 62%, oneens 25%,geen mening 13%.
3. Kritisch denken bevorderd: eens 100%
4. Toleranter ten opzichte van elkaar: eens 87%, geen mening 13%
5. Een toevoeging aan lesprogramma: eens 100%
6. Volgend jaar weer meedoen: eens 75%, geen mening omdat ze een andere groep hebben 25%.

Reactie Maaike Merckens-Bekkers

Uit de bevindingen van de leerkrachten is gebleken dat men het programma als zeer positief heeft ervaren. De kinderen leerden beter doorvragen, kritischer te denken en ook toleranter naar elkaar te zijn. Daarnaast is het een manier van onderzoeken, denken en met elkaar praten, die iets toevoegt aan de manier waarop het normale schoolprogramma wordt vormgegeven.

De scholen zelf zijn met name gericht op het overdragen van kennis en het aanleren van een grote hoeveelheid vaardigheden op het gebied van taal, rekenen e.d..
Met name de scholen in de Baarsjes hebben daarnaast nog eens te kampen met taalachterstand en cultuurverschillen.
Het stellen van open vragen en het met elkaar leren nadenken over grote en kleine maatschappelijke thema’s is dan iets dat vaak niet een prioriteit heeft binnen het reguliere schoolprogramma.
Bovendien vereist het stellen van open vragen een heel andere houding van de leerkracht. Waar de leerkracht getraind is in het geven van antwoorden, moet hierbij juist plaats gemaakt worden voor verwondering over de antwoorden.
Dit vereist een omschakeling in het denken van de leraar die niet eenvoudig is.
Vandaar dat naar mijn mening de lessen ook verzorgd dienen te worden door getrainde filosofen, wil het positieve resultaat bereikt kunnen worden.

De focus op manieren van samenleven was een heel goede ingang bij de kinderen. Zij hebben daar meestal vrij sterke (vaak nog wat ongearticuleerde) meningen over die bijzonder vatbaar zijn voor discussie.
De eerste reactie is meestal emotioneel, maar bij doorvragen blijkt dat ook jonge kinderen vaak bijzonder goed in staat zijn om met elkaar te redeneren, en al doende een andere conclusie te trekken dan de oorspronkelijke. Wel is opvallend dat religie in vrijwel alle discussies een grote rol heeft gespeeld. Hoe religieuze opvattingen geïntegreerd moeten worden in een vrije en tolerante samenleving,
is veel voorwerp van gesprek geweest.

Uit de teksten die in de boekjes zijn vastgelegd die we naar aanleiding van de lessen hebben gemaakt, kan ook goed teruggelezen worden, welke opvattingen de kinderen over maatschappelijke vraagstukken koesteren. Die zijn soms niet mild!

Maar, als kinderen leren op een onderzoekende manier hun gedachten beter onder woorden te brengen en te begrijpen, naar elkaar te luisteren, elkaar wederzijds te respecteren, verschillende opvattingen te erkennen en argumentatief te onderzoeken, evenals open vragen aan te durven, vooral de grote ideeën als geluk, rechtvaardigheid, vriendschap, dan komen ze een stuk dichter bij het ideaal van een werkelijk democratische, vrije maatschappij.

De Baarsjes kunnen trots zijn op de gemêleerde, kleurrijke en aardige kinderen die ik op de scholen tegenkwam.