Deze vijf ethische casussen gebruik ik in een les over ethiek. Allereerst
leg ik uit dat ethiek een deel van de filosofie is en gaat over vragen
over goed en kwaad. Wanneer ben je een goed mens? Wanneer doe je het
goede? Wat mag wel en wat moet zelfs, niet volgens de wet maar volgens
jou?
Ik laat de kinderen zelf voorbeelden geven. Ze komen bijvoorbeeld met kinderarbeid of iets concreets uit de klas: hoe moet je omgaan met ruzie? Mag je klikken bij de juf of niet?
Ik laat de kinderen zelf voorbeelden geven. Ze komen bijvoorbeeld met kinderarbeid of iets concreets uit de klas: hoe moet je omgaan met ruzie? Mag je klikken bij de juf of niet?
Sommige klassen
blijken vooral veel voor punten te doen. Hier is een Turks en ook een
Arabisch woord voor, de morele punten die je scoort gedurende je leven
door je gedrag. Een engeltje op de ene schouder noteert je positieve gedrag
en een duiveltje op de andere schouder je slechte gedrag. Natuurlijk zijn ook zij het die je het
goede dan wel het slechte pad proberen op te duwen. Kinderen nemen deze
twee figuren vaak heel letterlijk. Maar ze doen het niet alleen voor de
punten. Ook gaat het ze wel om de mensen zelf.
In groep 8
geven kinderen zich helemaal over aan deze totaal gestileerde en
absolute gedachte-experimenten. Het gaat erom dat ze nadenken over de
waarden die erachter verscholen liggen. Ik teken een weegschaal op het
bord en noteer de overwegingen die meespelen aan beide kanten. Dan is het aan hen om af te wegen wat het 'zwaarst' is.
Ethiek lijkt ver weg.
Dit komt nooit voor hoor, zeg ik er geruststellend bij. Vooral in het geval van
het vlot (casus 3). Maar ik realiseer me dat het niet zo
is. Elke dag hebben we eigenlijk de vlot-situatie. Elke dag! We kiezen alleen steevast voor ons
eigen lot, onze eigen kinderen, ons bloed, onze familie, en laten
hiervoor vreemden, in grote getale, in de steek. Zij mogen sterven,
zinken, van armoede en honger, omdat wij liever ons geld besteden aan
onze eigen familie.
Ook de casus over liegen (casus 2) is
ingewikkelder en actueler dan je in eerste instantie zou denken. Kinderen zijn vaak goed
ingepeperd met het idee dat ze niet mogen liegen. Maar wat als de andere
waarde op de weegschaal 'helpen' of zelfs 'redden' is. De vraag is
natuurlijk altijd wat het verhaal hierachter precies inhoudt. Wie is diegene aan
de deur? Waarom wordt hij gezocht door die tweede man? Wie van hen twee
is the good guy?
Kunnen we degene aan de deur vertrouwen en
binnenlaten om te helpen, is de vraag. Dit doet me pijnlijk denken aan de situatie
met vluchtelingen aan de landsgrenzen, of de denkbeeldige grenzen in
asielzoekerscentra. Laten we ze binnen? Gaan we ze helpen? Kunnen we ze
vertrouwen? Laten we ze schuilen achter onze bank?
Ethiek
gebeurt elke dag, elke minuut, elke seconde. Continu maken we keuzes,
bewust of onbewust. Door te handelen of juist door niets te doen. We
kiezen tussen twee kwaden. Soms minimale dilemma's, soms onmogelijke.
Tussen ons eigen belang en dat van een vaak onzichtbare ander.
Sabine Wassenberg
www.wonderwhy.nl
Sabine Wassenberg
www.wonderwhy.nl