1.
Geestelijk gehandicapten mogen niet stemmen.
2. Kinderen mogen stemmen vanaf hun 12e jaar.
3. Misdadigers die in de gevangenis zijn (geweest) mogen nooit meer stemmen.
4. Wetenschappers hebben dubbel stemrecht; mensen die hun middelbare school niet hebben afgemaakt hebben maar een half stemrecht.
5. Je mag pas stemmen als je de verkiezingstest hebt gedaan (dat je alle partijen kent en hun programma’s)
2. Kinderen mogen stemmen vanaf hun 12e jaar.
3. Misdadigers die in de gevangenis zijn (geweest) mogen nooit meer stemmen.
4. Wetenschappers hebben dubbel stemrecht; mensen die hun middelbare school niet hebben afgemaakt hebben maar een half stemrecht.
5. Je mag pas stemmen als je de verkiezingstest hebt gedaan (dat je alle partijen kent en hun programma’s)
6. Dieren moeten vertegenwoordigd worden in de verkiezingen.